Amsterdam FNWI Bouwdeel C
Het centraal gelegen bouwdeel C van de Universiteit van Amsterdam biedt onderdak aan een aantal openbare en onderwijsvoorzieningen op de begane grond en eerste verdieping en een uitgebreid kantoorprogramma op de daarboven gelegen bouwlagen. Vanuit de polderstroken kom je via één van de twee binnenhoven bij het hart van het gebouw: de centrale hal.
Hieromheen bevinden zich de belangrijkste publieke functies, zoals het restaurant en de collegezalen. Een monumentale trap geeft toegang tot het op de eerste verdieping gelegen studiecentrum. De kleur van de bestrating van de binnenhoven wordt doorgezet in de natuurstenen vloer van de entreehal, waardoor het openbare karakter van de hal wordt benadrukt. Uit deze vloer rijst een opvallend volume op, waarin de portiersloge en een espressobar met herkenbare kleuren hun plek hebben gekregen. De collegezalen zijn herkenbaar aan de golvende bekleding van essenhouten latten, die soms overgaat in zitelementen. De vide boven de entreehal verbindt de openbare onderbouw met de daarboven gelegen kantoorruimten en zorgt, net als de andere vides, voor een overvloed aan daglicht in het gebouw. Door middel van lichte kleuren en het gebruik van transparante materialen op de kantoorverdiepingen is een lichte en frisse werkomgeving gecreëerd. De ruime daglichttoetreding, de compacte gebouwopzet en de toepassing van betonkernactivering (verwarming en koeling in de vloer) in combinatie met warmte-/koudeopslag in de bodem zorgen er samen met de grote indelingsflexibiliteit van kantoren en laboratoria voor dat het faculteitsgebouw ook een duurzaam gebouw is geworden. De gevel van bouwdeel C heeft een lichte en open uitstraling gekregen. De vloerranden zijn door middel van natuursteen (travertin) banden zichtbaar gemaakt en onderstrepen de lengte van het gebouw. Daartussen wisselen terug liggende raamopeningen en naar voren springende gezeefdrukte glasplaten elkaar af. De dieptewerking die hierdoor ontstaat en het verspringen van het patroon per verdieping zorgen voor een gelaagde en dynamische gevel.
De kantoren op de tweede tot en met de vierde verdieping zijn gesitueerd rond twee binnenhoven, waardoor circuits ontstaan in plaats van doodlopende gangen. Deze verdiepingen hebben een mix van gesloten kantoorunits en open werkplekken, die op flexibele wijze uitwisselbaar zijn. Het kantoormeubilair is speciaal voor dit project door ons bureau ontwikkeld. De open werkplekken zijn door middel van hoge kasten onder te verdelen in semibesloten kantoorsuites voor vier tot zes personen. De inrichting van deze suites is afgestemd op de werkzaamheden en varieert van ‘concentratiesuite’ tot ‘interactiesuite’. De kasten zijn tweezijdig te gebruiken en zijn voorzien van schappen, lockers en whiteboards. Het creëren van verschillende werkomgevingen door middel van losse inrichtingselementen levert een grote mate van flexibiliteit op. Voor kasten, bureau’s en vergadertafels is een duurzame afwerking gekozen van massief bamboe. De kantoorkamers en open werkplekken zijn voorzien van betonkernactivering en hebben daarom geen verlaagd plafond. Hierdoor zijn de kantoorruimten extra hoog. De installaties zijn weggewerkt in de gangzone of ingestort in de vloer. In het gangplafond zijn de vele benodigde voorzieningen zoals sprinklers, camera’s, speakers, verlichting en noodverlichting geintegreerd in een smalle servicezone. Daardoor is het grootste deel van het plafond, uitgevoerd in geperforeerde golfplaat, vrij gebleven van storende installatie-elementen. Door op deze wijze de regie te houden over de installaties zijn zij hier juist de aanleiding geweest voor een fraaie architectonische oplossing. Op diverse plekken tussen de kantoorruimten zijn zogenaamde commonrooms gerealiseerd. Deze gemeenschappelijke ruimten voor de verschillende gebruikersgroepen zijn door ons ingericht op basis van de wensen van de betreffende gebruikers.
Oplevering | 2009 |
Opdrachtgever | UvA |
Constructeur | ABT |
Adviseur installaties | Burgers Ergon / Valstar Simonis |
Bouwkunding aannemer | Ballast Nedam |
Fotograaf | Pieter Kers |